3.2 State of the art
Participatie en co-creatie processen kenmerken zich door het samenwerken van een scala aan belanghebbenden/actoren uit diverse disciplines, sectoren, met diverse rollen, waarbij ook andere aspecten zoals geografische en culturele achtergronden, maatschappelijke visie, paradigma en diverse perspectieven (b.v. technisch, economisch, sociaal-cultureel, institutioneel) een belangrijke rol spelen. Deze diverse belanghebbenden zijn gebaat bij een systemische aanpak, gebaseerd op waarden en motivaties van de actoren, en daarbij rechtdoend aan de complexiteit van het geheel. Co-creatie kan hen helpen strategisch te handelen bij het ontwikkelen van interventies, het systeem te modelleren om zo de dynamiek te begrijpen, reflexiviteit en reflectie te faciliteren en stimuleren tijdens het proces, en nog heel veel andere zaken. De complexiteit en pluraliteit maakt de behoefte aan ondersteunende methoden groot. Het brede scala van dergelijke methoden lijkt in zes rubrieken in te delen te zijn, waarbij er twee gebaseerd zijn op het bepalen en verbinden van de diverse belanghebbenden, twee op het verzamelen van perspectieven en het geven van betekenis hieraan, één rubriek aan het ontwikkelen van nieuwe proposities, en één rubriek aan het zelfsturende proces van een veelheid aan belanghebbenden.
1) Bepaling landschap van belanghebbenden Deze methoden richten zich op het verkennen, bepalen en in kaart brengen van belanghebbenden, hun skills en expertise, hun invloedsgebied, en hoe zij zich tot elkaar verhouden in een partnerschap. Daarbij kan zowel gedacht worden aan alle direct betrokkenen en begunstigden van het project, maar ook aan indirect betrokkenen, benadeelde partijen of potentiële belanghebbenden die niet mee kunnen of willen doen. Voorbeelden van deze methoden zijn:
Actor Analysis en Multi-actor Perspective stellen in staat om het actorenveld, belangen, rollen, het krachtenveld, en eisen gesteld door actoren aan het proces te verkennen (Hermans & Thissen, 2009; Avelino &Wittmayer, 2016).
Value Flow Model ondersteunt bij het identificeren, aan elkaar koppelen en in evenwicht brengen van relevante belanghebbenden en de voor elk van hen belangrijke waarden, in een totaalsysteem (den Ouden & Brankaert, 2013).
Strategic Navigation Methodology ondersteunt de strategische dialoog en besluitvorming voor bedrijfs- en marktontwikkeling in verband met complexe projecten die samenwerking tussen meerdere belanghebbenden vereisen (Brand et al., 2020).
2) Realisatie en versterking betrokkenheid en verbinding Deze methoden richten zich op het realiseren van cohesie en betrokkenheid o.a. door het betrekken van belanghebbenden, het versterken van gezamenlijke verantwoordelijkheid, het kunnen inbrengen van eigen waarden, en het geven van ruimte aan persoonlijke motivatie. Daarvoor is het is belangrijk om met elkaar te ervaren wat de verschillende motivaties zijn om te participeren, wat iedereen bindt en scheidt, en hoe mensen daadwerkelijk het gevoel van verbondenheid en connectie ervaren. Voorbeelden van dergelijke methoden zijn:
Engaging Catalysers zijn specifieke tools die belanghebbenden middels hun vaardigheden met elkaar kennis laat maken, om zo empathie, respect en onderlinge connectie te vergroten (Trotto & Hummels, 2013).
Empathic co-design is een specifieke vorm van co-design gericht op het versterken van empathie, bijvoorbeeld als kwetsbare groepen lastig te betrekken zijn (Smeenk et al., 2018).
Participatory Video laat belanghebbenden elkaar interviewen en filmen om zo een mensgericht collectief samenwerkingsverband tot stand te brengen (Nemes et al., 2007).
3) Collectie en uitwisseling van verschillende stakeholder perspectieven Deze methoden richten zich op het verzamelen en uitwisselen van persoonlijke perspectieven, ervaring, kennis en kunde om een pluriforme collectie van perspectieven op de complexe uitdaging te krijgen. Dit loopt van het microniveau van individuele ervaring tot het macroniveau met vragen als ‘wat vinden wij als maatschappij rechtvaardigheid, democratie en gewenst?’ Voorbeelden van dergelijke methoden zijn:
Contextmapping faciliteert mensen om op een creatieve en gezamenlijke manier inzichten over behoeften, wensen, (on)mogelijkheden, motivaties en ervaringen van gewone mensen te verzamelen, om deze te gebruiken bij het ontwerpen (Sleeswijk Visser et al., 2005).
Participatory / Embodied Sensemaking gaat over het gezamenlijk met belanghebbenden in interactie nieuwe, gedeelde betekenis creëren, met oog voor de embodied/gesitueerde setting voor betekenisgeving (Jaasma, 2018; Hummels & van Dijk, 2015)
Constructive Conflict Methodology is gericht op het verhelderen van en leren over de diversiteit aan perspectieven op ongestructureerde (beleids-)issues, waarbij onenigheid of onzekerheid is over de feiten en de waarden (Cuppen, 2012).
4) Gezamenlijke betekenisgeving en besluitvorming via analyse en modellering Deze methoden richten zich op het generen van overzicht, inzicht en gezamenlijke overeenstemming en beslissingen via het analyseren, mappen en modelleren van de verzamelde data. Voorbeelden van deze methoden zijn:
Group Model Building ondersteunt de belanghebbenden gezamenlijk probleem-oorzaak relaties te ontrafelen, en een beeld van “het systeem” op te bouwen (Vennix, 2001).
Participatieve Multi-Criteria Decision Analysis (MCDA) / deliberative decision analysis ondersteunt de belanghebbenden om diverse opties af te wegen op een diverse set van criteria, om zo tot een gewogen besluit te komen (Salo & Hämäläinen, 2010).
Participatieve Multi-Modellering ondersteunt de besluitvorming over complexe vraagstukken met grote onzekerheden, waarbij input wordt verzameld voor het multi-model en het ontsluiten van systeemkennis, waarna het ontwerp, de programmering en proof of concept-simulatie volgt (Wurth et al., 2019).
5) Co-design van scenario’s, proposities en innovaties Deze methoden richten zich op het gezamenlijk verkennen en ontwikkelen van nieuwe waardeproposities, innovaties, toekomstscenario’s als antwoord op de maatschappelijke uitdaging. Er zijn diverse methoden, zoals:
Participatory design en co-design hebben al enkele decennia een fundament aan methoden ontwikkeld. Participatory en co-design richten zich op de deelname van een veelheid aan actoren en belanghebbenden aan design processen (Schuler & Namioka, 2017; Brandt et al., 2012; Sanders & Stappers, 2008).
Multiple Scenario Development, Scenario-based Design en Futuring richten zich op het ontwikkelen van diverse scenario’s en gedeelde fictieve verwachtingen, gericht op en uitgegaan van onzekere toekomstige ontwikkelingen (Schoemaker, 1993; Anggreeni & van der Voort, 2009; Hajer, 2017)
Value Sensitive Design beoogt menselijke waarden van alle belanghebbenden op een systematische manier in het ontwikkelproces te betrekken. In de conceptuele fase wordt verkend welke waarden spelen, voor wie en in hoeverre die waarden conflicteren (Friedman et al., forthcoming).
6) Voortgang van het gezamenlijke proces Deze methoden richten zich op de voortgang en organisatie van het gehele proces. Hoe wordt het gehele proces georganiseerd? Wie zijn de stuwende krachten? Wie neemt waar verantwoordelijkheid voor? Welke beslisbevoegdheid krijgen en nemen de diverse belanghebbenden? Is transparantie essentieel en hoe wordt dit geregeld? Hoe worden langzaamaan meer mensen betrokken bij het proces om het reguliere beleid en processen systemisch te veranderen? Methoden hiervoor zijn bijvoorbeeld:
Transitiearena is een setting waar in eerste instantie een selecte groep deelnemers en later coalities van belanghebbenden, alternatieve visies en oplossingen ontwikkelen via een systeembenadering in de luwte van het reguliere beleid (Loorbach, 2014).
Multi Gains Approach gaat om belangenuitwisseling en het vinden van een win-win oplossing. Het ondersteunt bij het ontwerpen van een passend proces met bijbehorende regels vanuit beoogde doelen. In combinatie met procesmonitoring kunnen tussentijdse procesaanpassingen gedaan worden (Susskind & Field, 1996).
Transdisciplinary research richt zich op het overstijgen van een discipline-specifieke aanpak middels het integreren van een diversiteit aan aanpakken om zo nieuwe conceptuele, theoretische, methodologische en translationele innovaties te creëren (Hirsch Hadorn et al., 2008).
Last updated